Op ramkoers

23 augustus 2014 - Zomba, Malawi

Afrikaanse reggae, die uit de boxen dreunt, wordt onderbroken door gillende remmen. Secondelang claxongeschreeuw. Een chauffeur die zijn bus tot stilte maant als een dompteur achter het stuur, maar de tijger gilt. Wil vooruit. Massa perst zich naar voren. Met mijn linkeroog kijk ik uit het raam. De bus schudt, laat zich niet temmen door een pedaal en zwenkt uit de andere weghelft op, een gevuld blik op ramkoers. 

We knallen het asfalt af. Lichamen van volwassen mannen schudden heen en weer als lappen poppen. Wervelozen! Door het gangpad glijdt mijn blik vooruit. Een klein mannetje met een hoofdband duikt langs mijn gezicht en wordt de grond gesmeten. Dorre steppe, droge struiken, geen boom voor ons. Tientallen meters voorbij het asfalt komt de bus tot stilstand. De dood in de ogen vlucht bij velen en maakt plaats voor een onbestemde lach. Een meisje met een paarse doek in haar krullen schreeuwt:

   'Thank you, Jesus. Thank you, Jesus.'

Een onophoudelijke snik in haar stem met de handen omhoog geheven. Verschroeid rubber stijgt op van het wegdek, zwarte bandensporen die de weg af leiden. De deuren gaan open alsof de halte bereikt is. De eerste ongeduldigen dringen zich naar buiten en verdwijnen in het lange gras. Geroezemoes in het gangpad, terwijl het meisje met de paarse doek op haar plaats zit, in een trance verblijvend, nog steeds haar dankbetuigingen herhaalt.

Uit hoeken en gaten duiken mannen en vrouwen op. Ze verzamelen zich rond de bus. Aan de rand van de weg ligt een gemolesteerde fiets, daarnaast een verbouwereerde jongen. Aan de gehaktmolen van rondtollende wielen ontsnapt. Hij schudt het stof van zich af. 

Iedereen verlaat de bus. De chauffeur achter het stuur lijkt een dode. Niemand die hem aandacht schenkt. Zijn magere lijf is neergeslagen. Het hoofd dat probeert te rusten op zijn borst, een levenloze foetus met vette brillenglazen. Schokkende schouders. Feia legt haar hand op zijn rug:

   'You did a good job. Really!'
   'Thank you, thank you', bazelt hij.

Als laatste verlaten we de bus. De man en het beteugelde blik blijven samen achter. Rondom de fietser staat een groepje. Passagiers praten na:

   'De fietser slingerde over de weg. Het scheelde een haar', zegt een vrouw.

Het meisje met de paarse doek is nog steeds betoverd en blijft het uitschreeuwen, haar hoofd heen en weer bewegend:

   'Thank you, Jesus. Thank you, Jesus!'

De chauffeur loopt voorbij de mensenlint langs de weg. Hij heeft zich herpakt en met grote passen snelt hij naar zijn doel. De fietser ziet de bui hangen en duikt weg. Een schampstoot van de chauffeur vangt meer lucht dan huid. Het volk stuift op. Mannen rennen naar de haard van het geweld. De conducteur beschermt zijn chauffeur en buigt zijn lichaam over de ranke gestalte. Veel schreeuwen, een paar duwen. Tien vrouwen, die aan de andere kant van de weg hun spuug over het asfalt gooien. Gebaren van onbegrip, gesperde handen aan de flanken van hun gezicht. Het aangestoken lont vindt geen kruidvat en het vuur dooft snel in het stof.

Foto’s

2 Reacties

  1. DEllis:
    5 september 2014
    Weer met veel plezier gelezen Touwtje
  2. Ma en Gijs:
    5 september 2014
    Wij zeggen het meisje met de paarse doek na; thank you Jezus!!
    Prachtig geschreven en wat een gave foto,s. Kus